Ik had gedacht

“Ik had gedacht: ik wil mijn wegen bewaren…” zegt David in psalm 39 : 2.

Hoe vaak denken en zeggen wij dit ook: “… ik had gedacht …” maar opeens liep alles anders dan wij hadden gedacht.
Soms ingrijpend, soms minder ingrijpend. 
Hoe goed is het, met name in het eerste geval, te weten
* een kind van onze hemelse Vader te zijn
* een schaap van onze Goede Herder te zijn
Hoe goed te weten dat Hij ons leven in Zijn hand heeft en ons dagelijks leidt.
Hij zorgt voor ons, als wij tenminste in Zijn wegen blijven wandelen.

In de bijbel zegt God ook een keer: “Ik had gedacht …”.
Ook toen ging het anders dat Hij had verwacht en gehoopt.
God had Zijn volk in eindeloze trouw uit Egypte verlost en geleid door de
‘vreselijke woestijn’ tot in het beloofde land.
Daarna ging het volk afgoden dienen.
In het bijbelboek Jeremia noemt God Juda: “Trouweloze” en Israël: “Afkerigheid”.
Daarin wordt op aangrijpende wijze het grote verdriet en de teleurstelling van Zijn hart beschreven, eigenlijk zo menselijk:
“Ik had gedacht…” zegt ook God.
“Ik had gedacht, dat je Mij zou noemen: mijn Vader en dat je je niet van Mij zou afkeren, maar zoals een vrouw ontrouw wordt aan haar vriend, zo ben je Mij ontrouw geworden, huis van Israël”.
“Zeg Mij wat Ik verkeerd heb gedaan, dat jullie Mij hebben verlaten …”.

God zag dat Zijn volk telkens weer een verkeerde keuze maakte; de gevolgen daarvan bleven niet uit.
Het is ontroerend te lezen hoe Gods liefde en genade daardoor toch niet veranderen,
al tuchtigt Hij Zijn volk wel op gezette tijden door middel van ballingschap. 
Hier kunnen wij lezen en leren hoe God met verdriet en teleurstelling-in-Zijn-mensen omgaat.
Hij verbergt dat absoluut niet voor hen, maar roept hen terug naar Zijn hart en geeft hen toch weer nieuwe kansen, ondanks alles.
Hoe bewonderenswaardig is Zijn liefde, trouw en geduld met ons mensen !

“Groot is Uw trouw, o Heer, mijn God en Vader;
er is geen schaduw van omkeer bij U.
Ben ik ontrouw, U blijft immer Dezelfde …

Groot is Uw trouw, o Heer,
iedere morgen aan mij weer betoond”

en aan ieder van ons …