(Lukas 10 : 25)
Ik ben een ezeltje – zo duur gekocht
Jezus, mijn Meester, Hem wil ik behagen
gehoorzaam zijn in wat Hij mij zal vragen
Hij had mij steeds en overal gezocht
Zijn bloed is voor de heiden en de jood
in Hem zijn beiden met elkaar verbonden
Hij stelt geen grens aan het helen van hun wonden
want Zijn barmhartigheid is wereldgroot
vaak sta ik met Hem bij gewonden stil
en zie hoe wijn en olie hen genezen
ja, Hij vernieuwt hun hart en heel hun wezen
en helpt hen om te leven naar Zijn wil
soms zijn verwonde mensen levensmoe
ze durven bijna niet op iets te hopen
Hij zet hen op mijn rug en samen lopen
wij voor verzorging naar de herberg toe
maar daarna gaan wij zoekend weer op pad
en vinden blinde en beroofde zielen
die op hun wegen wankelden en vielen
waar priester en leviet geen oog voor had
en samen wand’len wij door weer en wind
Hij is mijn Meester die mij zó bemint