Ze wist haar kinderen al snel te vinden
in de woestijn die bloeide als een roos
in geur en kleur – de grond die God verkoos
daar vond haar moederhart Zijn zielsbeminden
ze zag meteen de pijn bij zoveel namen
hun harten – vaak gebroken en verwond
ze wist dat God haar naar dit lijden zond
tot opbouw en vertroosting – met Hem samen
nu slaat ze ferm haar handen aan de ploeg
ze ziet niet om en plant haar Sabra-bloemen
maar wil niet dat ik nu haar naam zal noemen
omdat ze enkel doet wat God haar vroeg:
om voor Zijn aangezicht
te doen wat in vermogen ligt
dat is voor Hem genoeg